Maandag 11/9: Riposto – Bova Marina
Het was ongeveer 35 mijl varen, de oversteek van Riposto, Sicilië naar Bova Marina, Calabrië. De benaming “marina” betekent niet veel in Italië. Bova Marina is geen haven, in heel dit gebied zijn er geen havens. Vanaf Riposto was de eerste haven in onze richting (Noordoosten) die van La Rocella, ca 70 mijl ver. We vonden het teveel om die afstand ( minstens gedeeltelijk op motor) in één dag af te leggen. Daarom hadden we beslist naar Bova Marina te varen. Er was daar immers een slimmerik, die in de wetenschap dat veel zeilers niet gelukkig waren met het ontbreken van voldoende havens, langs de kust, ietwat beschermd door een uitstulping in de kustlijn, een park van aanmeerboeien had geïnstalleerd. Niet echt goedkoop (daarvoor was hij ook een slimmerik), maar hij bood ook een service aan van watertaxi van en naar het strand, en zelfs levering van pizza aan boord. Maar van deze diensten hebben wij geen gebruik gemaakt.
De overtocht zelf verlipe vlot, maar halfweg in de straat begonnen de golven zich op te bouwen en sloegen, bij halve wind, over de buiskap en trakteerden ons geregeld op een gratis zoutwaterdouche. Maar dankzij de wind konden we toch een groot deel op zeil afleggen.
De nacht aan de boei was niet supercomfortabel, want de golven waren nog steeds aanwezig en deden de boot continu heen en weer schommelen. Maar we zijn toch in slaap gesukkeld.
Dinsdag 12/9 – woensdag 13/9: Bova Marina – Rocella
We hadden 2 dagen gereserveerd in de haven van Rocella. Want Ann had een wasdag ingepland, en er waren wasmachines in de haven. Een rustig tochtje er naar toe, 35 mijl waarvan een deel op zeil. We kwamen aan in een grote, relatief recente haven. Maar die toch (een steeds terugkerend verhaal) al tekenen van verval vertoonde. De in onze vaargids aangeprezen pizzeria bestond niet meer, in het centraal gelegen plein bestemd voor shops was er één (superdure) winkel-annex-bar.
De douches, op 450 meter wandelen, functioneerden nog, maar dat is dan ook alles, en waren half afgesloten met gordijnen, die er letterlijk met haken en ogen bijhingen. Maar de wasmachines en droogkast werkten. En dat maakte Ann gelukkig. In de namiddag hing onze boot weer vol met was in alle kleuren en maten. In de namiddag maakten we een wandeling langs het strand. Bij het verlaten van de haven zagen we dat het omheinde en afgesloten terrein, waar normaal boten op het droge worden gestald, kleine en grote tenten waren opgetrokken en het vol stond met blauwe ligbedden: een kamp voor immigranten.
14/9: Rocella – Le Castella
de marina van Le Castella is een zeer kleine haven. Maar ik had via SMS eergisteren een ligplaats kunnen reserveren. En door hen bevestgd via SMS. Op hun vraag heb ik hen opnieuw gecontacteerd toen we binnenvoeren. Geen antwoord. Wij ons dan binnengewurmd in de piepkleine haven. Luid geschreeuw van een havenverantwoordelijke: geen plaats, ga weg!!! (maar dan in het italiaans) Dan in mijn beste Italiaans dat we gereserveerd hadden en we niet zouden wegvaren, en dat we ons langs een kade waar we plaats zagen wilden. aanleggen. Nonono !!!! Was blijkbaar voor een ferryboot. En toen wezen ze naar een andere kade waar er nog juist 1 plaats mogelijk was. Na heel wat pogingen lagen we uiteindelijk aan de kade. Geen water, geen elektriciteit. Tant pis. En dan wat later toch eens naar de havenmedewerker gegaan om toch een verklaring te krijgen. Die enkel italiaans sprak. Ze hadden blijkbaar een fout gemaakt en onze plaats aan een andere (Franse) boot toegewezen. En gezien er echt geen andere plaats meer over was, hebben ze ons de plaats gewezen van…….de zeevaartpolitie😱.
Geen probleem zegt ie. Als ze komen moet je maar zeggen dat je een probleem met de motor hebt. Oplossing op zijn italiaans. Gelukkig geen politie gezien.
We zijn ’s avonds gaan eten en bij onze terugkeer lag onze boot niet aan de ketting….
Enig voordeel: we moeten hier niets betalen.
À propos, Le Castella was echt de moeite waard als stopplaats. Op een klein schiereiland palend aan het dorp ligt een prachtig gerestaureerd Aragonees kasteel. En vanop de vele terrasjes, die uitkeken op dit kasteel en de zee konden we ook nog genieten van een mooie zonsondergang. Le Castella ligt in een maritiem natuurreservaat, met mooie stranden aan beide zijden van het dorp. Waarschijnlijk een ideale vakantiebestemming voor de Italianen ( met uitzondering van een paar Engelsen, en een koppel Belgen die op een illegale plaats waren aangemeerd, merkten we daar geen buitenlanders).
Vrijdag 15/9 Le Castella – Crotone
We hebben Le Castella vroeg verlaten, om het lot ( of de Guardia Costiera) niet te tarten. Nogmaals 35 mijl naar Crotone. Het grootzeil was aangepikt, maar we hebben het niet moeten hijsen. Er was nauwelijks wind. En dankzij de vlakke zee hebben we nog een paar kleine dolfijnen kunnen bespeuren. En kwallen (“spiegelei-kwallen”, blijkbaar niet gevaarlijk voor de mensen, maar ik zou er toch ver van blijven).
We hadden 2 dagen geboekt in de Marina Kroton Club, mede dankzij de weer meer democratische prijzen die hier worden gehanteerd. Het was nochtans een modern gebouw, met mooie moderne douches waarop niets aan te merken was.
In de namiddag naar de oude, ommuurde binnenstad gewandeld, in de stille hoop daar een gezellig terrasje te vinden.
Het enige wat we daarover willen melden is dat het een zeer lastige beklimming was, onder een 30°hitte, en er nergens terrasjes te bespeuren waren. Maar wie zoekt die vind,…..
Zaterdag 16/9: Crotone
Nog eens de boot gekuist en in de late voormiddag naar een supermarkt gegaan, op aanraden van de havenmeester, omdat ze op de kade leveren. De winkel was echter niet veel soeps, met beperkt assortiment, niet goedkoop, maar ideaal om volumineuze inkopen, voornamelijk waterflessen (en bier), naar de boot te brengen. Tot we achteraf zagen, op de rekening, dat dat grapje ons w2525€ extra kostte, we hadden geen prijs vooraf afgesproken, stommerikken die wij zijn. We zouden het noooit leren met die Italiaanse afzetters. Maar onze voorraad is terug aangevuld. Hiermee geraken we tot in Griekenland. Ik had voor morgen telefonisch al een plaats gereserveerd in Ciro Marina, op een 17 mijl varen van Crotone. Dit is de haven die het dichtst bij Galipoli (onderaan in de hiel van Italië) ligt. Dat wordt dan wel een lange oversteek, maar dan zijn we nog maar één haven verwijderd (Santa Maria di Leuca ofwel Otranto) van het eerste Griekse eiland. Nu nog ligplaatse bekomen, want ik heb er al heel wat tijd ingestoken, maar men vertikt het daar om te antwoorden op mijn mails, of op de verzoeken via Navily, of om de telefoon op te nemen. We zien wel. En anders gaan we voor anker, want het zal de volgende dagen rustig weer blijven.
Zondag 17/9: Crotone – Ciró Marina
We hadden vandaag geen wekker nodig. Om 7u werden we gewekt door een gekwebbel van vrouwen, dat voortdurend in volume toenam. Wat bleek? Vandaag had de club van de marina een wedstrijd zeehengelen voor de vrouwelijke leden georganiseerd. Om 7u was het verzamelen aan het clubhuis (waar onze boot tegenaan lag), en om 7u30 vrtrokken ze op zee. En werd het weer oorverdovend stil. Nu we toch wakker waren op ons gemakskes ons op een uitgebreid zondagochtendontbijt aan boord getrakteerd. En dan uitgevaren naar Ciro Marina, zoveel mogelijk op zeil. Dit is, weeral, geen marina, maar een visserhaven met een paar steigers voor plaatselijke motorbootjes en één voor een zeilschooltje. Het was iets over de middag toen we dicht bij de haven waren en ik de vriendelijke man, zoals afgesproken, opbelde om te zeggen dat we binnen 10 minuten zouden binnenvaren. Aan het achtergrondgeluid te horen denk ik dat de man juist aan het eten was, maar hij maakte er geen probleem van, en hij zou onmiddellijk afkomen. En inderdaad, toen we aan de steigr van de zeilschool kwamen deed hij ons teken dat we ons tussen een motorboot en een kleine zeilboot moesten persen. Met de nodige voorzichtigheid lukt dit zonder schade te berokkenen. We hadden toch een ligplaats. Toen we rond om ons keken telden we in totaal 4 masten, inclusief de onze. Dit was inderdaad geen jachthaven. En voor ééns waren wij de boot met de hoogste mast…
Na de lunch aan boord gewandeld langs de kade, die toch nog wat de charme had van een vissershaven, tot aan het kiezelstrand. Het water was lauw, zat vol met kwallen en de kiezels deden zeer aan ons voeten. Een terrasje leningde de pijn.
En ’s avonds barslecht geslapen, wegens een veelheid van muggen in onze slaapkamer. En ’s morgens moesten we vroeg op ☹️.
Maandag 18/9: Ciró Marina – Gallipoli (Marina Bleu Salento)
Het was dus lastig opstaan, om 5u30. We hadden 55 mijl te varen.
Toen we de trossen losgooiden was het nog donker. Het was quasi windstil in de haven, maar na een kwartiertje begon de wind aan te wakkeren en werd het vlug 12-14 knopen. Zalig om weer te kunnen zeilen. En dit bij een mooie opgaande zon.
Maar na een tweetal uurtjes was het mooie liedje uit, zoals ik ook op de weerkaarten had gezien, en moesten we de rest van de tocht op motor. Tijd zat dus om onze digitale krant en weekbladen te lezen (waarvoor we tot dan toe geen tijd hadden gevonden – druk bestaan hé, dat zeilersleven). En de blog bij te werken.
Rond 16u voeren we de haven van Gallipoli binnenvoeren. De marina Bleu Salento lag dicht bij de oude, deels ommuurde stad, op een eiland gelegen, met een brug verbonden met het vasteland en de moderne stad met een spuugelijk hoog modern gebouw, dat vloekte met het uitzicht van de oude stad.
En wij zouden ook vloeken.
Toen ik in de marina de ormeggiatori met de VHF opriep voor assistentie bij het aanmeren, beetten ze mij toe dat er geen plaats was. En toen ik hun duidelijk maakte dat ik gereserveerd had, en hiervoor een bevestiging via mail van een zekere Valentina had ontvangen, bleven ze stellen dat de haven volzet was. Maar gelukkig bleef ik aandringen en zeggen dat wij geen altrnatief hadden en zij dus voor een oplossing moesten zoeken. Ik mocht “stand-by” blijven, bleef dus dobberen voor de steigers en, oef, een paar minuten later zagen wij 2 gasten te zwaaien en wezen ze ons naar een blijkbaar toch nog vrije plaats, aan het einde van een ponton. Dus dan toch.
Maar voor de rest bleven die ormeggiatori (ze waren met 4) super onbeschoft. Blijkbaar, volgens de Navily-community, was deze marina ervoor gekend, evenals nog een paar andere in de buurt. En toen we later langs de pontons liepen zagen we dat er nog meer vrije plaatsen waren. En zagen we de 4 nietsnutten in het barretje van de haven aan een tafel wat kletsen. Misschien hadden we de heren gewoon gestoord bij hun gezellig onderonsje?
’s Avonds nog een wandeling gemaakt in het mooie, weliswaar toeristische, oude stadsgedeelte en er nog een lekker visje gegeten. We nemen stilaan afscheid van de lekkere Italiaanse keuken.
19/9: Gallipoli – Santa Maria de Leuca
We hadden graag nog een dag langer in Gallipoli gebleven, wat ook het oorspronkelijke plan was. Maar ik hield zoals steeds de meteo in de gaten, en er was een kans dat het eind van de week in de Ionische zee een serieuze noorderwind zou opkomen. Niet ideaa om dan de oversteek te doen naar de Ionische eilanden.
En als we dan toch een paar dagen tot een week moeten blijven liggen in een haven, dan verkozen wij toch Korfoe. Anders zou het op het einde, vóór onze terugkeer naar België, nog rushen worden.
En daarom lieten we in de voormiddag, na toch nog een korte wandeling, Gallipoli en hun gastvrije marina, achter ons en koersten we naar onze laatste Italiaanse etappe, Santa Marai de Leuca.
Het was weeral zonnig en heet, en het eerste deel,van de tocht van 28 mijl moesten we op Motor varen. Maar dan kwam er toch juist genoeg wind op en konden we de rest aan 3 beaufort op een aandewindse koers heerlijk zeilen, tot aan de marina.
Ik had gisteren bevestiging ontvangen dat er voor ons een ligplaats was gereserveerd, en was zeer benieuwd welke toestanden we nu zouden meemaken.
Maar alles verliep supervlot, we kregen een mooie ligplaats en de ormeggiatori waren zeer behulpzaam. Het stadje is, zeker in de zomer, een drukke badplaats met zeer veel obligate horeca langs de kade, maar had toch een zekere charme.
En ook de pizzeria, ons aangewezen door de havenmeester had iets, vooral beklant door Italianen, aan zeer democratische prijzen en lekker..
Morgen varen we naar het dichtsbijgelegen Grieks eiland, Othonoi.
Ciao Italia.