4/9: Riposto
De wind begon de volgende dag al verder aan te wakkeren en zou stilaan met 30 knopen langs de kust waaien en 40-45 in het midden van de straat van Messina. Goed om een goede week te blijven liggen, een paar fikse regenbuien te ondergaan (terwijl België afstevende op een late hittegolf), en van de gelegenheid te profiteren om enkele Siciliaanse steden te bezoeken , met het openbaar vervoer, die we niet met de boot zouden aandoen. We zouden er het beste van maken.
Maandag, 4/9. Het woei al hard vandaag, tot 26 knopen in de haven. Het was zonnig vandaag, maar tegen de avond besloten we toch de zonnewerende zeilen binnen te pakken. De wind trok er echt teveel aan, zodat ze dreigden te scheuren. We hadden tijd zat om de boot op te ruimen, boodschappen te doen, en in de late namiddag (want anders veel te warm), gewapend met onze badpakken terug naar het strand te wandelen, voor een frisse zwempartij. Neen dus, want daar aangekomen zagen we hoe de golven beukten op het strand, waardoor rvzich niemand (ons inbegrepen) zich in het water waagde. Gelukkig konden we in een nabije strandbar in de schaduw van het stormachtige schouwspel genieten.
Op 5/9 bezoek aan Taormina
Het station van Riposto lag op een 25 minuten wandelen vanaf de haven. Goed dus om onze stappenteller blij te maken.
Met de trein konden we alle interessante steden in het zuidoosten en zuiden van Sicilië bereiken. En, meestal, reden de treinen in Sicilië redelijk stipt. Met de trein dus naar het station van Taormina, dat aan zee lag. Het oude centrum lag echter hoog boven ons. Gelukig waren er shuttlebussen, want een beklimming van meer dan een half uur zagen we met een hitte van meer dan 30° niet zitten. Boven aangekomen opteerden we om eerst het antieke theater , dat boven de stad lag, te bezoeken. Het bleek nog relatief goed bewaard, alhoewel niet te vergelijken met het prachtige theater van Carthagena in Spanje. En het werd nog continu gebruikt om optredens en concerten te organiseren. Spijtig genoeg werd daarom de aanblik ontsierd door moderne zetels in het halfrond, een nieuw podium, en overl licht- en klankinstallaties. Zo verloor het veel,van zijn antieke charme, maar toch de moeite van ons zweet waard.
De rest van de dag rondgekuierd in het oude, goed geconserveerde stadje. En dus terug een overvloed van horeca, obligate toeristensnuiterijzaken, maar ook peperdure kleren en juwelenboetiks. Want Taormina heeft terecht de faam van de meest mondaine stad van Sicilië te zijn. Maar het was gezellig en niet (te) druk.
De terugkeer veliep wel iets chaotischer. De shuttlebus liet zeer lang op zich wachten, niemand in het busstation kon of wou zeggen waar en wanneer die zou arriveren. En intussen stroomden de toeristen naar de stopplaats. Meer dan er op de bus zouden kunnen. En toe er eindelijk een bus aankwam, brak er een stormloop uit naar de ingang van die bus. Ik had geluk dat ik toevallig dicht bij die ingang te wachten stond. En er dus, mits toch het nodige gedrum, in geraakte. Ann, die wat achter kwam, zag dat ze het niet zou halen, en stapte dan maar achterin de bus in, samen met een bende anderen. De buschauffeur had dit echter in de motten gekregen en stormde naar de achterkant en zette alle “illegalen” uit de bus, zodat ze weer vooraan moesten aanschuiven. Ann werd dit lot echter bespaard, want bij het binnenstappen had ik een paar woorden met hem gewisseld, zodat hij mij herkende als een reglementair opstapper en dus maar moest aanvaarden dat zij met mijnwas opgestapt. Oef.
Omdat een ongeluk ( of in dit geval tijdverlies) nooit alleen komt, had onze trein dan ook nog meer dan een uur vertraging. Ergens langs de dporen woedde er een brand, zodat hij tijdelijk niet kon rijden.
En ’s avonds begon het dan nog bakken te regenen.
Woensdag, 6/9.Riposto
Het regende tot een stuk in de namiddag. Een dagje nietsdoen dus, wat lezen en een paar boodschappen doen.
Donderdag 7/9: Riposto met bezoek aan Catania.
Het was weer droog, de zon begon weer te schijnen. Goed dus voor een bezoek aan Catania.
Deze stad heeft een rijk verleden. Getuige hiervan de indrukwekkende kathedraal, (vooral de grootte wekte indruk, maar getuigde binnen toch niet van adembenemende schoonheid). En de prachtige palazzi (wij bezochten het Palazzo Biscari uit de 17de eeuw en konden er 7, nog originele kamers bezoeken. Het paleis telt meer dan 600 vertrekken, maar die worden nog grotendeels bewoond door 10 families van afstammelingen van de oorspronkelijke eigenaars). We bestegen ook de meer dan 150 treden naar de het balkon van de koepel van de benedictinessenabdij met als beloning een prachtig zicht op de stad, de haven en de dreigende Etna. En er was ook nog de Bellini-opera, de universiteitsgebouwen, het Ursino- kasteel, enzovoort.
Maar we zagen ook bij het wandelen van en naar het station, dat het rijke verleden van Catania ook grotendeels voorbij is, dat er buiten het mooi gerestaureerde centrum nog meestal armoe troef is, zoals in de meeste Italiaanse grootsteden in het Zuiden, waar de palazzi zijn verbouwd tot verpauperde appartementen, waar hele wijken door immigranten zijn ingenomen.
Maar toch blij dat we het gezien hebben. Met dank aan “Daniel”.
Vrijdag 8/9: Riposto met bezoek aan Syracusa
Een bezoek aan Syracusa stond ook op onze bucketlist.
En daarvoor hadden we er wel een anderhalf uur durende treinrit voor over. Het oude centrum van de stad lag op een kwartiertje wandelen van het treinstation. De stad gaf al een veel meer verzorgde indruk dan bijvoorbeeld Catania, met goed onderhouden, bijna vuilnisvrije straten en alle gebouwen in relatief goede staat. Vanuit de trein hadden we gemerkt dat er in de omgeving nogal wat petroleumindustrie actief was, en dat zal wel de reden zijn van deze ogenschijnlijke welstand.
De oude stad is gekenmerkt door een doolhof van straatjes waar zelfs wij, ervaren navigatoren, na een 10-tal minuten stappen alle orïentatie kwijt waren. Maar zo ontdekten we leuke straatjes en pleintjes. Echt boeiend. En na lang dwalen kom je dan uit op de Plaza del Duomo, om de kathedraal van Syracusa te bewonderen. Een merkwaardig gebouw. Opgetrokken op en rond de dorische tempel van Athene, waarvan je de zuilen nog ziet uitsteken in de binnen- en buitenmuren. Dit was een tijdje een Byzantijnse kerk, dan een moskee en vervolgens een kathedraal. Een uitzonderlijk bouwwerk.
Na het bezoek aan de dom nog een lichte hap op het terras van het beroemde Café del Duomo’ om dan verder te (ver)dwalen in het stadje, met geregeld zicht op zee, waar we de golven zagen inbeuken op de stadsmuren. Inderdaad, nog geen zeilweer.
Zaterdag en zondag 9 en 10 september. Riposto
Maandag zou de wind voldoende geluwd zijn om terug de oversteek naar Calabrië te maken. Tijd genoeg dus om te wandelen, wat inkopen te doen, te lezen en te luieren, een paar (mislukte wegens te hogegolven) pogingen om te zwemmen. Relaxed afscheid van Sicilië.