22/6 Door de straat van Gibraltar

En dan, op 22/6, het moment suprême ! We gaan de Atlantische Oceaan inruilen voor de Middellandse Zee. Een tocht van 44 mijl. Bij de aanvang hadden we 2 knopen wind, en zelfs ter hoogte van Tarifa, waar het 300 dagen per jaar spookt, was het relatief rustig. Zeker geen weer

voor surfers. En dan de straat van Gibraltar in.
Een weetje: het water in de Middellandse Zee is 2 meter lager dan het water in de Atlantische oceaan, door de verdamping. Dat betekent dat er een constante stroming loopt naar de Middellandse zee. En dat was slechts één versnellende factor. De tweede was de wind. Die begon plots hevig aan te wakkeren (wat ook voorspeld was) en verdubbelde in geen tijd in kracht, van 15 naar 25, met stoten tot 30 knopen. Pittig! Intussen hadden we al beslist om niet in Gibraltar aan te leggen, maar door te varen tot over de punt, naar Sotogrande. Zo zouden we het risico niet lopen om dagen in Gibraltar te moeten blijven liggen wegens een zware oostenwind. Ook bij Sotogrande blies de wind nog met meer dan 20 knopen. Spannend om voor de eerste keer aan te leggen in middellandsezee-stijl: achteruit varen tot aan de kade, en dan landvasten achteraan bevestigen en vervolgens een mooringlijn uit het water vissen om de boot vooraan vast te maken. Met behulp van de marinero’s verliep alles ( een beetje onverhoopt ) zeer vlot. We hadden ons dus voor niets veel zorgen gemaakt. De haven Sotogrande is een artificieel iets, gebaseerd op Port Grimaud. Megajachten, sjieke auto’s, appartementen in pseudo-lokale stijl en horeca bij de vleet. De voorzieningen in de haven zelf waren echter de setting niet waardig, en dat voor liggeld dat 2 keer zo hoog was als normaal, voor 1 nacht ( we zijn er dus ook maar 1 nacht gebleven).

Op  23/6 zeilden we dan in de late voormiddag, met een 4-5 bft naar Estepona. Mooie haven, met een zeer vriendelijke ontvangst en prima voorzieningen. Hier zouden we een paar dagen blijven. Tijd genoeg om op zoek te gaan naar een loopplank. Want de soms  halsbrekende toeren, die Ann moest uithalen om op de wal te geraken waren misschien wel amusant om naar te kijken, maar niet voor herhaling vatbaar.  Ze was dus vlug overtuigd om deze investering aan te gaan. En we vonden ons gerief in de nautic store aan de haven. En voor een klein bedragje extra werd de loopbrug netjes geïnstalleerd. En intussen genieten van het zonnige Estepona. Zalig. 

Cadiz – Barbate, op ZEIL

Op 14/6 vergrootten we nogmaals onze ecologische voetafdruk door opnieuw het vliegtuig te nemen, van Charleroi naar Sevilla. De dag ervoor ( vroeger kon niet) ons nog laten testen op Covid, want onze vaccinatie was nog juist geen 14 dagen oud. Dit grapje kostte ons meer dan onze vliegtuigticketten. En dan maar hopen dat ons testresultaat tijdig zou binnenkomen, wat uiteindelijk ook gelukt is. Oef.
We hebben er van geprofiteerd om Sevilla nog eens te bezoeken, en hiervoor 4 nachten geboekt in het zeer mooie Soho Boutique Hotel, een aanrader.



Zelfs met een zwembad(je). We zijn er zelfs in geslaagd om 10 minuten te verblijven in deze overmaatse wastobbe. En intussen dagelijks onze 10 km afgewandeld in deze prachtige stad. 


Op donderdag 18/6 dan de trein genomen naar Puerto Sherry. Bij ons vertrek regende het in Sevilla, maar in Puerto Sherry brak de zon al door de wolken. Vlug naar de boot om onze rolfok uit te proberen. De zeilmaker had ons immers de week ervoor gemaild dat het zeil was hersteld. En inderdaad, de fok rolde probleemloos uit en weer in. Met plezier hebben we de (zeer schappelijke) herstelkosten betaald ( de oorzaak van het probleem was een te grote sluiting boven in het zeil, die was verschoven, en zo bij het uitrollen tegen een bevestigingshaak duwde, waardoor het systeem blokkeerde. Maar het heeft lang geduurd voor deze oorzaak was opgespoord. )
Nu konden we terug aan zeilen denken. En aan de doorsteek door de Straat van Gibraltar. De meteo gaf nu nog een (stevige) westenwind, wat voor ons positief was, maar de wind zou bij Gibraltar halfweg volgende week draaien naar  oostenwind, wat het voor ons onmogelijk zou maken. Dus de zaterdag 20/6 vertrokken we in de vroege ochtend naar Barbate, een tocht van 36 mijl, die we met een 4 beaufort op halvewindse koers quasi volledig op zeil hebben kunnen afleggen. Heerlijk. Barbate heeft een tamelijk moderne haven, maar met een desolate indruk, wegens volledige leegstand van de havengebouwen. Terug een projectontwikkelaar die hier zijn broek serieus heeft aan gescheurd. 
Met de meteo in ons achterhoofd beslisten we om nog een dagje langer te blijven. Ideaal om met onze fiets naar het 10 km verder gelegen bergdorp Veger de la Frontera te trekken. Onze electromotoortjes waren zeer nuttig om een hoogteverschil van ca 200 m te overbruggen.  Veger de la Frontera is wondermooi, met zijn witgekalkte huisjes en kronkelige steegjes. Fotogeniek. Heeft ook terecht 2 sterren in onze Michelinreisgids.